Er wordt mij wel eens gevraagd wat ik vind van het nieuwe fenomeen crowdfunding. Mijn eerste reactie is dat dit eigenlijk niets nieuws is, want het feit dat particulieren geld uitlenen aan bedrijven is al zo oud als “de weg naar Kralingen”. In Nederland is het verstrekken van “venture capital” door particulieren aan bedrijven wellicht wel wat minder van de grond gekomen dan in de Verenigde Staten, waar dit al decennia lang gestructureerd wordt gedaan. In mijn afstudeerscriptie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam over “small venture capital investments” heb ik hier in 1988 al onderzoek naar gedaan.
Waarom is het nu “hot” en wat zijn mijn bezwaren. Na de recessie van 2008 is de kredietverlening door banken verminderd, mede door een veranderde risico-omgeving, maar ook door een verminderde risk-appetite bij banken. Mede ingegeven door de lage rentestand zijn partijen, in navolging van de Angelsaksische landen, begonnen met het gestructureerd aanbieden van crowdfunding. Particulieren leggen geld in (vaak kleine sommen van 1000 tot 2500 euro) op een financieringsvraagstuk wat bij de “crowdfund-partij” is terechtgekomen. Afspraken over rente, terugbetaling en eventueel zekerheden worden schriftelijk vastgelegd. Met meer “risico-dragend, blanco of achtergesteld” vermogen, kan de bank dan wat makkelijker financieren o.b.v. zekerheden (incl. staatsgarantie e.d.).
Ik volg nu een tijdje de verschillende proposities die worden aangeboden. Het valt mij op dat de investeerders genoegen nemen met een beperkt rendement, zonder dat er sprake is van extra rendement bij groot succes. Mijn ervaring leert dat banken voor kleinere MKB financieringen reeds een hogere vergoeding vragen. Tevens wordt er in de meeste gevallen niet of nauwelijks (harde) zekerheid geboden en stelt de ondernemer zich privé niet of beperkt aansprakelijk. Daarnaast valt mij op dat een onevenredig deel van de bedrijven werkzaam zijn in de horeca, een branche waar het aantal faillissementen sinds mensenheugenis hoger ligt dan het gemiddelde.
Op dit moment is de publieke opinie, zo valt mij op, zeer positief over het feit dat particulieren de economie vooruit helpen daar waar de banken het laten afweten. Wat gaat de publieke opinie echter doen als de eerste faillissementen daar zijn. De bank wint haar zekerheden uit en de crowdfunder heeft het nakijken. Gaan de particulieren zich dan verenigen en spreken zij schande van de bank die “de stekker eruit haalt”, gaan zij aangeven dat ze niet goed zijn voorgelicht door de “crowdfund-partij” (geen door AFM goedgekeurde prospectus) of likken zij stilletjes hun wonden.
Volgens mij wordt in de meeste gevallen uiteindelijk de beslissing tot investeren genomen op emotionele basis (leuk dat restaurant, we krijgen een gratis diner, de rente op mijn spaargeld is zo laag, de inleg is beperkt etc.). Op basis van de modellen van financierings- en beleggingstheorieën lijkt mij een gespreide portefeuille van bijvoorbeeld 10 crowdfund investeringen, een portefeuille met een zeer hoog risico en een te laag rendement.
De toekomst zal het leren!